Doorgaan naar hoofdcontent

Gasterse Duinen, winters groen en grijs

Gasterse Duinen
De klamme deken van de nacht probeert zich vast te houden tussen de bruine heidetakken. Vorstige tanden bijten zich in de grond. Maar tevergeefs, de novemberzon laat vandaag niet met zich spotten. Heuvels verschijnen in het landschap, het ijs tussen het mos verdampt en schapen kijken verbaasd naar een bleekgele schijf in een strakblauwe lucht.

Gewoon Haarmutsmos
Op de Gasterse Duinen loopt een groep van zeven gejaste personen, de KNNV afdeling Groningen is er op excursie. Eén heeft duidelijk de leiding en er wordt goed geluisterd. Verhalen over groen, kleine blaadjes, nerven en glasharen. Op deze zonnige, bijna winterdag blijken de Gasterse Duinen niet alleen kaal en bruin te zijn maar vooral groen. Boomvoeten hebben sokken gekregen van lichtgroen klauwtjesmos, hogerop kroezige, donkergroene plukjes van Gewoon Haarmutsmos. Op de verkleumde grond ijzig wit gepareld Haakmos, groen gesteeld Groot Laddermos en rood gesteeld Bronsmos.

Klapekster, Gasterse Duinen
Voordat er afgedaald wordt naar de petgaten trekt een gevleugelde, grijs-witte verschijning de aandacht. De Klapekster is weer terug. Als de Roodborsttapuiten en Graspiepers grotendeels wegtrekken komt deze Scandinavische wintergast naar de Gasterse Duinen.  Jagend tussen boomtop en struik met af en toe een uitstapje naar de nieuwe natuur langs de Drentsche Aa. Muizen zijn niet veilig en een verkleumde kikker wordt gebruikt als ijzig toetje. De aandacht wordt afgeleid door een zwaar "KRU KRU"......KRAANVOGELS! Dertig, grote, grijze vogels verschijnen achter de heuvels, rustig vliegend en ondertussen aan elkaar vertellend hoe het was om een nacht in Gasteren door te brengen.

Veenbes
Het Voorste en Achterste Veen is voor de toerist goed te zien vanaf het kronkelige wandelpad. Tot verdriet van rustende Wintertalingen is er voor deze keer toestemming om even van het pad te stappen. Ook hier blijkt tussen de bruine Gagel het groen van het Veenmos op te lichten. Steeds meer terrein veroverend en plassen bedekkend met een levend tapijt. Dofrode kralen lijken willekeurig uitgestrooid over de mossenkopjes, het zijn Veenbessen die dit ontoegankelijke terrein fantastisch vinden.
De Gasterse Duinen laten de Drentse woeste gronden in optima forma zien. Stuivend zand, getemd door begraasde heide. Venige petgaten, vriendelijk begroeid met Gagel. Mantels van eikenhakhout die niet alleen luwte geven aan de heide maar ook de grens markeren naar de madelanden van de Drentse Aa. In de winter vooral bruin en geel maar voor de goede waarnemer toch overal groen.

Reacties

Populaire posts van deze blog

Oranje boomalg

Oranje boomalg, Trentepohlia aurea Een jaar natuurpresentaties in 150 woorden - dag 120 Een boom als leefgemeenschap. Alles is er te vinden, van producent tot consument. Haarwortels, knoppen en bladeren,  elk stukje boom wordt begraasd. Maar kijk eens naar een vierkante centimeter schors. Dan blijkt dat er veel meer plantaardige producenten zijn dan alleen de eik of een vleugelnoot. Eén van de meest bizarre plantjes die op schors groeit is de oranje boomalg. Stampvol worteltjeskleurstof (caroteen) lijkt deze groenalg zijn familie vergeten. Maar haal het oranje er uit en er blijft een draadvormig groen wiertje over. Op o.a. eik vindt het een ideaal biotoop om te groeien. Vergroeid met buitenste schors doet het zijn eerste best om zijn eigen kostje bij elkaar te scharrelen door fotosynthese. Luchtvervuiling had hem bijna de das omgedaan maar net op tijd werd het iets beter in ons overvolle landje. Ook een nauw verwante soort, de Portugese rode alg, breidt zich sterk uit. Niet alle

Alpenvlinders

Tschiertschen, Joch alp Bijna twee uur in de middag, de zon staat hoog aan de hemel. Even op de rug, de ogen dicht, de neus vol bloemengeuren, luisterend naar het klingelen van koeienbellen lager op de helling. Het leven is goed op de alpenweiden boven Tschiertschen. Inner Urden, Mattjischhorn, Jochalp, Ochsenalp, nu zijn het alleen nog maar vakantie herinneringen. Koninginnepage Als de ogen weer open gaan is de lucht vol gefladder. Alles beweegt, kleuren flitsen langs het zwerk. Verdwazing lijkt toe te slaan maar na even knipperen met de ogen kom je weer terug op de berg. Het zijn tientallen, nee honderden vlinders die bezig zijn met hun dagelijkse werkzaamheden. Fladderend van bloem naar bloem voor een slok nectar. Of alleen maar denken aan de verdediging van hun territorium en tegelijkertijd de dames overtuigen van hun uitzonderlijke capaciteiten. Zoals die mooie Koninginnepage die steeds maar weer op het pad ging zitten. Gele Luzernevlinder Zuidelijke luzern

Bloedzuigers, onbekend en bijzonder

Gewone bloedzuiger (Haemopis sanguisuga) met Groene Kikker (Orvelte) Bloedzuigers, alleen het woord al jaagt velen de stuipen op het lijf. Beelden van grote glibberige monsters die met honderden komen opzetten om het laatste druppeltje levensbloed op te zuigen. Voldoende reden om eens naast een boerensloot te gaan zitten en op zoek te gaan naar deze spannende creaturen. Een paar halen met een net zijn vaak al voldoende om enkele te verschalken. Gezoomde clepsine (Hemiclepsis marginata), Kardinge Wat dan vooral opvalt is dat ze wel glibberig zijn maar helemaal niet groot. Enkele centimeters, daar houdt het meestal wel mee op. Dan maar eens proberen of ze nu echt geïnteresseerd zijn in mijn bloed. Even een vinger er voor houden en ze grijpen zich met hun zuigschijf aan mond en achterlijf al snel vast. Maar in plaats van schrapen om door het vel te komen gaan ze alleen maar aan de wandel, terug naar het water.veel van onze Nederlandse bloedzuigers zijn vooral op zoek naar slak