Doorgaan naar hoofdcontent

Rupsen, verborgen of gewapend

Psi-vlinder, Berkenheuvel
September is de tijd dat veel rupsen zich opmaken voor de lange winter. Stevig dooreten, vervellen en dan verpoppen om zo roerloos te wachten op het nieuwe jaar. Sommigen leven zeer opvallend, anderen kiezen voor een strategie waar verstoppertje spelen het belangrijkste in het leven is.

Drietand, Vennenbroek
Opvallen betekent andere manieren gebruiken om vooral snaveltjes te weerhouden toe te happen. Kleuren die op wespen lijken helpen maar ook haarborstels zijn handig.
De Drietand en de Psi-vlinder bijvoorbeeld. Als vlinder zijn het nauwelijks te onderscheiden grijs en zwart gekleurde uilvlinders. Maar als rups kiezen ze elk voor hun eigen, opvallende, uitdossing. Geel domineert bij de Psi-vlinder, oranje bij de Drietand. De laatste kiest ook voor verwarring door voor- en achterkant dezelfde kleur te geven. En allebei doen ze het met haren. Een zwarte, hoog uitstekende en wat slordig uitgevoerde kwast staat parmantig omhoog. Als een vogelsnavel zich hier niet in verslikt dan zijn er altijd nog de aan alle kanten uitstaande borstelharen.

Slakrups, Berkenheuvel
Verbergen kan door de kleur aan te nemen van je omgeving of een totaal onverwachte vorm aan te nemen. De Slakrups bijvoorbeeld, een kleine oranje-bruin gekleurde nachtvlinder met een rups die totaal onherkenbaar is voor een rupseter. Groen gecamoufleerd, schijnbaar zonder poten en totaal afwijkend van het standaard, wat rechtlijnige, rupsenmodel. Enige wat opvalt zijn gele stipjes rond de ademopeningen.

Bladrand Berkenmineermot, Stigmella sakhalinella,
vraatspoor Vennenbroek
Maar de ultieme verstoppers zijn toch rupsen die niet op een blad maar juist in een blad gaan leven. Deze minerende rupsjes zijn zo plat dat ze elke minimale ruimte kunnen gebruiken. Poten hebben ze niet meer, ogen zijn ook niet nodig en het enige wat ze doen is eten en verteren. Hun uitwerpselen laten ze gewoon in hun gang achter.

Rupsen, verborgen of gewapend. Een voortdurende strijd tussen overleven of gegeten worden.

Reacties

Populaire posts van deze blog

Oranje boomalg

Oranje boomalg, Trentepohlia aurea Een jaar natuurpresentaties in 150 woorden - dag 120 Een boom als leefgemeenschap. Alles is er te vinden, van producent tot consument. Haarwortels, knoppen en bladeren,  elk stukje boom wordt begraasd. Maar kijk eens naar een vierkante centimeter schors. Dan blijkt dat er veel meer plantaardige producenten zijn dan alleen de eik of een vleugelnoot. Eén van de meest bizarre plantjes die op schors groeit is de oranje boomalg. Stampvol worteltjeskleurstof (caroteen) lijkt deze groenalg zijn familie vergeten. Maar haal het oranje er uit en er blijft een draadvormig groen wiertje over. Op o.a. eik vindt het een ideaal biotoop om te groeien. Vergroeid met buitenste schors doet het zijn eerste best om zijn eigen kostje bij elkaar te scharrelen door fotosynthese. Luchtvervuiling had hem bijna de das omgedaan maar net op tijd werd het iets beter in ons overvolle landje. Ook een nauw verwante soort, de Portugese rode alg, breidt zich sterk uit. Niet alle

Alpenvlinders

Tschiertschen, Joch alp Bijna twee uur in de middag, de zon staat hoog aan de hemel. Even op de rug, de ogen dicht, de neus vol bloemengeuren, luisterend naar het klingelen van koeienbellen lager op de helling. Het leven is goed op de alpenweiden boven Tschiertschen. Inner Urden, Mattjischhorn, Jochalp, Ochsenalp, nu zijn het alleen nog maar vakantie herinneringen. Koninginnepage Als de ogen weer open gaan is de lucht vol gefladder. Alles beweegt, kleuren flitsen langs het zwerk. Verdwazing lijkt toe te slaan maar na even knipperen met de ogen kom je weer terug op de berg. Het zijn tientallen, nee honderden vlinders die bezig zijn met hun dagelijkse werkzaamheden. Fladderend van bloem naar bloem voor een slok nectar. Of alleen maar denken aan de verdediging van hun territorium en tegelijkertijd de dames overtuigen van hun uitzonderlijke capaciteiten. Zoals die mooie Koninginnepage die steeds maar weer op het pad ging zitten. Gele Luzernevlinder Zuidelijke luzern

Bloedzuigers, onbekend en bijzonder

Gewone bloedzuiger (Haemopis sanguisuga) met Groene Kikker (Orvelte) Bloedzuigers, alleen het woord al jaagt velen de stuipen op het lijf. Beelden van grote glibberige monsters die met honderden komen opzetten om het laatste druppeltje levensbloed op te zuigen. Voldoende reden om eens naast een boerensloot te gaan zitten en op zoek te gaan naar deze spannende creaturen. Een paar halen met een net zijn vaak al voldoende om enkele te verschalken. Gezoomde clepsine (Hemiclepsis marginata), Kardinge Wat dan vooral opvalt is dat ze wel glibberig zijn maar helemaal niet groot. Enkele centimeters, daar houdt het meestal wel mee op. Dan maar eens proberen of ze nu echt geïnteresseerd zijn in mijn bloed. Even een vinger er voor houden en ze grijpen zich met hun zuigschijf aan mond en achterlijf al snel vast. Maar in plaats van schrapen om door het vel te komen gaan ze alleen maar aan de wandel, terug naar het water.veel van onze Nederlandse bloedzuigers zijn vooral op zoek naar slak