Doorgaan naar hoofdcontent

Wallis, Val d'Hérens - deel 2, Gletsjers

Arolla, gletsjer
Val d'Hérens is feitelijk een honderden meters diep litteken van een machtige en ijzige greep in de stenen aardkorst. Verstilde getuige van een wereld gevat in ijs. Nu, tienduizenden jaren later in een opgewarmde wereld  is de ijskap teruggetrokken in de hoogste en zuidelijkste punten van het dertig kilometer lange dal. Boven Arolla en Les Haudères zijn de laatste gletsjers niet meer dan schimmen uit het verleden. Jaarlijks verder afsmeltend maar nog steeds aanwezig.
Euseigne, Morenepuin
Hoe het was is moeilijk voor te stellen. Tientallen meters dik morenepuin bij Euseigne tonen de kracht van de enorme ijsmassa die het dal gemaakt heeft tot wat het nu is. Als een molensteen vermaalde het ijs alles wat ook maar enige tegenstand kon bieden. Enorme rotsblokken rolden vanaf de uitgeholde hellingen naar beneden en werden bovenop het ijs kilometers meegesleept. Nadat Europa zich bevrijd had van haar ijsdeken bleven puin en stenen achter.Wind en regen kregen vervolgens vat op deze afzettingen en creëerden een dwarsdoorsnede door deze restanten.

Ruim 50.000 jaar later zijn de gletsjers vele malen kleiner. Maar sta eens stil voor een gletsjermond, luister naar het geraas van vallend gesteente en het brullen van de ongetemde gletsjerbeek. Hier wordt gewerkt aan het verder uitslijpen van deze bijzondere vallei. Mochten de gletsjers eens helemaal verdwenen zijn, dan is Val d'Hérens zeker meters langer.
Ferpècle, gletsjer

Reacties

Populaire posts van deze blog

Oranje boomalg

Oranje boomalg, Trentepohlia aurea Een jaar natuurpresentaties in 150 woorden - dag 120 Een boom als leefgemeenschap. Alles is er te vinden, van producent tot consument. Haarwortels, knoppen en bladeren,  elk stukje boom wordt begraasd. Maar kijk eens naar een vierkante centimeter schors. Dan blijkt dat er veel meer plantaardige producenten zijn dan alleen de eik of een vleugelnoot. Eén van de meest bizarre plantjes die op schors groeit is de oranje boomalg. Stampvol worteltjeskleurstof (caroteen) lijkt deze groenalg zijn familie vergeten. Maar haal het oranje er uit en er blijft een draadvormig groen wiertje over. Op o.a. eik vindt het een ideaal biotoop om te groeien. Vergroeid met buitenste schors doet het zijn eerste best om zijn eigen kostje bij elkaar te scharrelen door fotosynthese. Luchtvervuiling had hem bijna de das omgedaan maar net op tijd werd het iets beter in ons overvolle landje. Ook een nauw verwante soort, de Portugese rode alg, breidt zich sterk uit. Niet alle

Alpenvlinders

Tschiertschen, Joch alp Bijna twee uur in de middag, de zon staat hoog aan de hemel. Even op de rug, de ogen dicht, de neus vol bloemengeuren, luisterend naar het klingelen van koeienbellen lager op de helling. Het leven is goed op de alpenweiden boven Tschiertschen. Inner Urden, Mattjischhorn, Jochalp, Ochsenalp, nu zijn het alleen nog maar vakantie herinneringen. Koninginnepage Als de ogen weer open gaan is de lucht vol gefladder. Alles beweegt, kleuren flitsen langs het zwerk. Verdwazing lijkt toe te slaan maar na even knipperen met de ogen kom je weer terug op de berg. Het zijn tientallen, nee honderden vlinders die bezig zijn met hun dagelijkse werkzaamheden. Fladderend van bloem naar bloem voor een slok nectar. Of alleen maar denken aan de verdediging van hun territorium en tegelijkertijd de dames overtuigen van hun uitzonderlijke capaciteiten. Zoals die mooie Koninginnepage die steeds maar weer op het pad ging zitten. Gele Luzernevlinder Zuidelijke luzern

Bloedzuigers, onbekend en bijzonder

Gewone bloedzuiger (Haemopis sanguisuga) met Groene Kikker (Orvelte) Bloedzuigers, alleen het woord al jaagt velen de stuipen op het lijf. Beelden van grote glibberige monsters die met honderden komen opzetten om het laatste druppeltje levensbloed op te zuigen. Voldoende reden om eens naast een boerensloot te gaan zitten en op zoek te gaan naar deze spannende creaturen. Een paar halen met een net zijn vaak al voldoende om enkele te verschalken. Gezoomde clepsine (Hemiclepsis marginata), Kardinge Wat dan vooral opvalt is dat ze wel glibberig zijn maar helemaal niet groot. Enkele centimeters, daar houdt het meestal wel mee op. Dan maar eens proberen of ze nu echt geïnteresseerd zijn in mijn bloed. Even een vinger er voor houden en ze grijpen zich met hun zuigschijf aan mond en achterlijf al snel vast. Maar in plaats van schrapen om door het vel te komen gaan ze alleen maar aan de wandel, terug naar het water.veel van onze Nederlandse bloedzuigers zijn vooral op zoek naar slak