Doorgaan naar hoofdcontent

Drukke vogeldag rond het Lauwersmeer

Rotgans
Uitgerekend twee dagen na de waarneming van een zeer zeldzame Steppenkievit bij de Ezumakeeg had KNNV Groningen een rondje vogelen Lauwersmeer gepland. En dat hebben we geweten: vanaf aankomst tot vertrek wist elke passerende vogelaar ons trots te melden dat hij (nooit een zij) DE vogel gescoord had. En nog beter: naarmate de dag vorderde nam het aantal gemelde vogelaars bij de vliegende rariteit verder af. Van "honderd" werd het "twintig". Toen wij in de loop van de middag de oostkant van het Lauwersmeer en de Ezumakeeg bereikt hadden konden we met gemak een plaatsje vinden in de rij. Te ver voor een goede foto maar wel met de middagzon op de beige veren konden ook wij de soort toevoegen aan onze "live-list". Een witte penseelstreek boven de ogen, wat hoger op de poten dan onze Kievit en vooral een stuk duffer. Pas na wat onrust onder de Slobeenden en het neerstrijken van een groepje Goudplevieren werd de Steppenkievit echt wakker. Even hippen, veertjes poetsen en vervolgens weer verder slapen. (voor foto's zie http://bit.ly/eQRDai).
Brandgans
Onze ronde begon aan de oostkant. Via Strandweg en Jaap Deensgat richting Lauwersoog. Twee Wilde Zwanen, een enkel wegflitsend Baardmannetje en vooral goudogige Brilduikers werden gespot. De gele rietvelden werden steeds mooier aangelicht naarmate de bewolking verder wegtrok. Bij de haven was het even wennen aan de bonte kleuren van het verbouwde visrestaurant. Doorrijdend was te zien dat de kleine aalscholverkolonie bij de sluizen inmiddels gezelschap gekregen had van een Blauwe Reiger. Wel aan de rand maar toch voorzichtig oprukkend. Direct aan de andere kant van de dijk zat een mooie groep Rotganzen die het hoog water gebruikten om te rusten of ruzie te maken met de buren.

Roodhalsgans tussen de Brandganzen, Bantpolder
De Brandganzen in de Bantpolder waren wel aan het eten maar ook hier was het regelmatig blazen, dreigenen af en toe een korte spurt richting een vermeende opponent. Het wordt duidelijk tijd om weer de broedgebieden op te zoeken. Een beetje verdwaasd liep er ook een Roodhalsgans tussen. De kop hoog geheven, voortdurend gakkerend en rondrennend leek het wel een schaapshond die bezig was de kudde op te drijven.

Na de polder en de weg naar Oostmahorn had onze excursieleider nog een bijzonder ommetje in petto. Vanaf de route naar De Keeg kun je weer rechts richting Anjum. Een klein landweggetje met aan de rechterkant een groot zonnebloemveld die kennelijk bewust vergeten is. Honderden bloembodems met rijpe pitten zorgen voor een rijk gedekte tafel voor de lokale veldmuispopulatie. En dat gaat natuurlijk niet ongezien. Zeven Buizerden, een Ruigpootbuizerd en twee Torenvalken hadden dit luilekkerland gevonden.
Buizerd

Het water in de Ezumakeeg was al duidelijk aan het zakken. Honderden Grutto's en tientallen Kluten waren driftig aan het voedsel zoeken, daarbij geholpen door duizenden Brandganzen.
Brandganzen boven de Ezumakeeg

Rust was ver te zoeken want het gebied wordt, volgens hen, geterroriseerd door een Zeearend. Hoewel deze "vliegende deur" net boven de horizon bleef zweven was een passerende Buizerd al voldoende om bijna alles de lucht in te krijgen. Blozend van de zon en vol van herinneringen was het een fantastische dag met vogels en nog veel meer vogelaars.

Reacties

Populaire posts van deze blog

Oranje boomalg

Oranje boomalg, Trentepohlia aurea Een jaar natuurpresentaties in 150 woorden - dag 120 Een boom als leefgemeenschap. Alles is er te vinden, van producent tot consument. Haarwortels, knoppen en bladeren,  elk stukje boom wordt begraasd. Maar kijk eens naar een vierkante centimeter schors. Dan blijkt dat er veel meer plantaardige producenten zijn dan alleen de eik of een vleugelnoot. Eén van de meest bizarre plantjes die op schors groeit is de oranje boomalg. Stampvol worteltjeskleurstof (caroteen) lijkt deze groenalg zijn familie vergeten. Maar haal het oranje er uit en er blijft een draadvormig groen wiertje over. Op o.a. eik vindt het een ideaal biotoop om te groeien. Vergroeid met buitenste schors doet het zijn eerste best om zijn eigen kostje bij elkaar te scharrelen door fotosynthese. Luchtvervuiling had hem bijna de das omgedaan maar net op tijd werd het iets beter in ons overvolle landje. Ook een nauw verwante soort, de Portugese rode alg, breidt zich sterk uit. Niet alle

Alpenvlinders

Tschiertschen, Joch alp Bijna twee uur in de middag, de zon staat hoog aan de hemel. Even op de rug, de ogen dicht, de neus vol bloemengeuren, luisterend naar het klingelen van koeienbellen lager op de helling. Het leven is goed op de alpenweiden boven Tschiertschen. Inner Urden, Mattjischhorn, Jochalp, Ochsenalp, nu zijn het alleen nog maar vakantie herinneringen. Koninginnepage Als de ogen weer open gaan is de lucht vol gefladder. Alles beweegt, kleuren flitsen langs het zwerk. Verdwazing lijkt toe te slaan maar na even knipperen met de ogen kom je weer terug op de berg. Het zijn tientallen, nee honderden vlinders die bezig zijn met hun dagelijkse werkzaamheden. Fladderend van bloem naar bloem voor een slok nectar. Of alleen maar denken aan de verdediging van hun territorium en tegelijkertijd de dames overtuigen van hun uitzonderlijke capaciteiten. Zoals die mooie Koninginnepage die steeds maar weer op het pad ging zitten. Gele Luzernevlinder Zuidelijke luzern

Bloedzuigers, onbekend en bijzonder

Gewone bloedzuiger (Haemopis sanguisuga) met Groene Kikker (Orvelte) Bloedzuigers, alleen het woord al jaagt velen de stuipen op het lijf. Beelden van grote glibberige monsters die met honderden komen opzetten om het laatste druppeltje levensbloed op te zuigen. Voldoende reden om eens naast een boerensloot te gaan zitten en op zoek te gaan naar deze spannende creaturen. Een paar halen met een net zijn vaak al voldoende om enkele te verschalken. Gezoomde clepsine (Hemiclepsis marginata), Kardinge Wat dan vooral opvalt is dat ze wel glibberig zijn maar helemaal niet groot. Enkele centimeters, daar houdt het meestal wel mee op. Dan maar eens proberen of ze nu echt geïnteresseerd zijn in mijn bloed. Even een vinger er voor houden en ze grijpen zich met hun zuigschijf aan mond en achterlijf al snel vast. Maar in plaats van schrapen om door het vel te komen gaan ze alleen maar aan de wandel, terug naar het water.veel van onze Nederlandse bloedzuigers zijn vooral op zoek naar slak